Dagboek Afghanistan

30 april – 1 mei 2016

Bagage maken voor Afghanistan vraagt altijd aandachtig zijn. Donker genoeg? Lang genoeg? Bedekkend genoeg? Niet opvallen en je aan de regels houden, dat is het belangrijkste. En geschenkjes meenemen. Wat doe je mee voor vrouwen die niks betekenen in de samenleving? Geen opvallende T-shirts of  schoenen, maar make-up natuurlijk, zelfs onder hun boerka’s is lippenstift gegeerd. Zaventem lag nog een beetje aan scherven, dus aanschuiven was de boodschap. Dries Dehaudt, medewerker van Mothers for Peace, vergezelde me en we hadden een afspraak met Elien Spillebeen die in ons appartement in Kaboel zou verblijven om een documentaire te maken.

Vliegen naar Kaboel dat is zich vervelen. Bij een tussenlanding in Istanboel, die urenlang duurt, drinken we het laatste slokje alcohol van de volgende weken: een Duvel en betalen daar 10 euro per glas voor.  Van In zou hier allicht niet komen speuren. De volgende ochtend landen we in Kaboel, Razia wacht ons op samen met de nieuwe chauffeur. Oei, snikheet. De flessen water zullen populair zijn.  Wegens veiligheidsoverwegingen had ik met Razia, onze generale manager,  afgesproken dat ze niemand over onze komst zou verwittigen. De tamtam loopt immers altijd gesmeerd in Afghanistan. Onze huisbewaarder, Hakim, schrikt zich dood als we binnenkomen. ‘Welcome Jinnie,’ zegt hij zuchtend terwijl hij zijn Pakol (pet) heen en weer schuift. Hij vliegt van de ene kant naar de andere. Moet de kamers opruimen, eten maken. Op de middag staat de schotel rijst op de tafel, de groenten en wat kip. Er is niks veranderd in de straat. Razend verkeer, kleine winkeltjes, gesticulerende mannen.

In de namiddag staat vergaderen op onze agenda. We moeten schrappen, efficiënter werken, enz. We maken een plan voor de volgende dagen. Razia en Asef vertrekken vroeg, ze volgen allebei avondlessen en zo blijven wij achter, met onze nieuwe televisie, waar we vooral de schreeuwende Trump zien op CNN. Hakim vraagt: ‘naw president? America?’ ‘Neen, ze moeten hem nog kiezen Hakim,’ probeer ik uit te leggen. Ik ga vroeg slapen en het valt mee. Zelfs zonder wijntje.

 

Maandag 2 mei:

Vertrekken om 8 uur naar Chakardara.Welkom, zei Chabnam, toen ze bij het gezondheidscentrum ons ontving. De huisbewaker is de enige man die binnen mag, hij weet zich altijd goed tussen de vrouwen te wringen.

Eerlijk gezegd was ik niet al te enthousiast om voor de zoveelste keer naar Afghanistan te komen, de zorgen, de problemen, het stof maar zie mijn hart slaat alweer warm. Vandaag staat Chakardarah op het programma..

Eerst naar ons gezondheidscentrum waar vrouwen verstopt onder hun boerka en vooral heel schuw als ze ons zien aankomen, aanschuiven bij dokter Sediqua. Er zijn of liever waren twee dokter in Shakardarah. Maar een  maand geleden hebben we Dr. Sweeta direct ontslagen nadat bleek dat ze meer bekommerd was om haar middageten dan om een jongetje dat aan het doodbloeden was. Het was niet de eerste klacht. We willen dat onze dokter respect tonen voor de klanten. Nu op zoek naar een nieuwe dokter, niet simpel. Meestal mogen ze van vader, man, broer niet zo ver buiten Kaboel werken. Er blijkt gelukkig minder huiselijk geweld te zijn dan vroeger . Daarna bezoeken we één van onze klasjes in een district waar meisjes en vrouwen niet buitenshuis mogen komen. Het wordt een heel interessante belevenis.

Jennie